Column door Jeroen Junte | DesignDigger.nl
Luister naar mij. Dat lijkt de levende boom bij de ingang van de expositie It’s in our nature in het Klokgebouw te zeggen. In zijn kruin zitten een antenne en een scanapparaat. De takken zijn versierd met lampjes en metertjes. Om zijn stam hangt een kast met digitaal schermpje. Op de grond ervoor ligt een koffer met ongetwijfeld nog meer apparaatjes om de boodschap van deze Autonomous Tree op af te lezen. Die boodschap is best streng trouwens. Het is meer politieagent dan het gul en grootmoedige organisme dat je zou verwachten van een boom. Sterker nog, de boom spreekt namens de hele natuur en deelt zelfs boetes uit als straf voor de collectieve schade die wij veroorzaken.
Nou wordt het inderdaad ook wel eens tijd dat wij leren luisteren naar de natuur. De expositie It’s in our nature – tevens een van de drie subthema’s van deze DDW – laat voorbeelden zien van de rol die design daarbij kan spelen. Voorwaarde daarbij is dat we de human centered-aanpak loslaten. Ontwerpen moet positief zijn voor de hele aarde, met al zijn levende wezens. Daarom hangt in de deze expositie een protocol voor ontwerpers die werken van levende materialen. Wordt het organisme gedood? Of wordt het organisme op een andere manier schade aangebracht? Verbeter de wereld, begin bij jezelf – dat geldt dus ook voor bio-designers.
Maar misschien is luisteren niet genoeg en moeten we één worden met de natuur. Job Oort studeerde af aan de KABK met het project The Unleasing Animalship with the Comradship Collection, dit kun je zien op de overzichtsexpositie van de Nederlandse designopleidingen in het Klokgebouw, Class of 21. Door je te gedragen als een dier, kun je vrienden worden met een vogel of een vis. Daarvoor ontwierp Oort onder meer een instructievel om van een kindertrampoline een reusachtig nest te maken. Ook leuk: een doe-het-zelf patroon voor een strandcape die makkelijk droogt door de armen als de vleugels van aalscholver te spreiden.
Actief deelnemen en zelf doen is belangrijk deze DDW. Overal wordt bezoekers gevraagd om vragenlijsten in te vullen of om een simulatie te ondergaan. Dus waarom dan niet samen feesten met de natuur? Dat kan door te trouwen met bijvoorbeeld de schimmel, zoals de curator Arne Hendriks van het Hara Hachi Bu-dorp deed. Daar kun je met een ingenieuze constructie overigens ook de alg een hand geven. Als een uiting van dank en waardering voor deze duurzame grondstof.
Beter nog, offer je op voor de natuur. Het speculatieve project The Community of Symbiosis van Loes Voermans stelt voor dat mensen met chirurgie een kunstmatige huid krijgen om onder water te kunnen ademen. Hiermee is de mens beter in staat om wier en andere waterplanten te verzorgen. Het project is te zien op de Design United, de gezamenlijke presentatie van de TU’s in het Klokgebouw.
Is een schubbenhuid laten aanmeten iets radicaal voor jou? Nodig dan een olifant of de baviaan uit voor carnaval. In het Natlab wordt onder de noemer Inhuman Carnaval Party de hele week gewerkt aan uitbundige maskers om te dragen tijdens carnaval, een project van Mediamatic. In een vrolijke optocht werd donderdagmiddag over Strijp-S vast een voorproefje genomen op het echte carnaval. Al even feestelijk is de performance Deform van Iris Woutera, ook in het Natlab. In een flexibele constructie van hard plastic en rekbaar textiel wordt een speciale choreografie gedanst door een persoon. De mens transformeert daarmee in een dierlijk wezen. Zo komen we pas echt terug bij onze natuur.
Meer observaties over deze DDW?
Lees ook Jeroens vorige column: Dood aan het algoritme, leve de heks!
Naar de column